Het huidige Stelsel van Basisregistraties

Uit NORA Online
Versie door M.M.Vos (overleg | bijdragen) op 1 jun 2015 om 14:34 (opgeknipt uit oorspronkelijke themapagina op verzoek Wim)
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Naar navigatie springen Naar zoeken springen


Principes[bewerken]

Aan de inrichting van het stelsel ligt een aantal essentiële keuzen, of principes, ten grondslag:[1]

  1. Het stelsel bestaat uit een beperkt aantal registraties voor die gegevens die door de hele overheid heen de meest voorkomende zijn.
  2. Basisregistraties zijn beperkt tot een compacte en daarmee ook beheersbare basisgegevensset.
  3. Per basisregistratie is bij wet vastgesteld wat het doel, het werkingsgebied van de registratie en de daaraan gestelde kwaliteitseisen zijn, alsook hoe de autorisatie van het gebruik, de kwaliteitsborging en de financiering zijn geregeld.
  4. Uitgangspunt voor de realisatie van een basisregistratie is gebruikmaking van bestaande organisatorische en informatie-infrastructuren.
  5. Uitgangspunt is laagdrempelige beschikbaarstelling van de gegevens, voor zover specifieke wetgeving zich daar niet tegen verzet.
  6. Basisregistraties dienen de naleving van de privacywetgeving door de overheid actief te ondersteunen, moeten voor de burger transparant maken hoe de overheid met zijn persoonsgegevens omgaat en moeten hem in staat stellen hierop invloed uit te oefenen.
  7. Het stelsel gedraagt zich naar afnemers als één geheel.


Verbindingen[bewerken]

Informatiekundige view op het Stelsel van Basisregistraties

Tussen de gegevens in de basisregistraties bestaan verbindingen, zowel expliciete als impliciete verbindingen. Deze verbindingen maken het mogelijk dat afnemers gegevens afkomstig uit verschillende basisregistraties combineren. Een expliciete verbinding houdt in dat een object van registratie in één basisregistratie expliciet verwijst naar een object van registratie in een andere basisregistratie. Expliciete verbindingen ontstaan bij de registratie van gegevens. De bronhouder die verantwoordelijk is voor die registratie, is (als afnemer) wettelijk verplicht om de gerelateerde gegevens uit andere basisregistraties te gebruiken en is daarmee verantwoordelijk voor het leggen van de juiste verbindingen.

De interactieve stelselplaat biedt inzicht in de status van de expliciete verbindingen in het stelsel.

Onderdelen[bewerken]

Het Stelsel van Basisregistraties bestaat uit:

Organisatorische view op het Stelsel van Basisregistraties met de basisregistraties, de stelselcoördinatie en de stelseldiensten


Afhankelijkheden[bewerken]

Er zijn bij de besturing van het stelsel (stelselcoördinatie) tot op heden geen stelselbrede afhankelijkheden met voorzieningen buiten het stelsel onderkend. De onderdelen van het stelsel kennen wel vele afhankelijkheden, die ze zelf beheren en bewaken. Enkele van de afhankelijkheden die vaker voorkomen worden hieronder genoemd:

  • In het kader van geometrische gegevens (in zeven van de twaalf basisregistraties) zijn er afhankelijkheden naar PDOK, de Geo-Standaarden, de INSPIRE-richtlijn en de "gouden driehoek" waarin overheid, bedrijfsleven en wetenschap samen de koers voor geo-gegevens bepalen. Het Ministerie van I&M en het Kadaster hebben hierin als respectievelijk registratiehouder en verstrekker van nagenoeg alle geo-basisregistraties een centrale rol.
  • In het kader van het inzagerecht is er een afhankelijkheid naar MijnOverheid, de persoonlijke website voor burgers voor overheidszaken.
  • In het kader van gegevensuitwisseling, met name tussen gemeentelijke bronhouders en landelijke voorzieningen, is er een afhankelijkheid naar de gemeentelijke berichtenstandaard StUF.
  • In het kader van eisen aan de vertrouwelijkheid, integriteit en authenticiteit bij gegevensuitwisseling is er een afhankelijkheid naar PKIoverheid.

Referenties[bewerken]

  1. De eerste zes principes zijn afkomstig uit kamerbrief 26 387, nummer 11, 17 oktober 2001. Het zevende principe is afkomstig uit het iNUP Programmaplan 2012-2014.