Informatie-objecten systematisch beschreven: verschil tussen versies

Uit NORA Online
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
(Dit is een kleine bewerking)
(eerste tekstoverdracht vanuit RFC, minus voorbeelden en plus relaties)
Regel 12: Regel 12:
|Elementtype=Afgeleid principe
|Elementtype=Afgeleid principe
|ID=AP17
|ID=AP17
|Stelling=De aan de dienst gerelateerde informatieobjecten zijn systematisch beschreven en op passende wijze gemodelleerd.
|Stelling=De aan de dienst gerelateerde informatieobjecten zijn, uniek geïdentificeerd, in een  informatiemodel beschreven.
|Rationale=Samenwerking tussen en ook binnen organisaties is alleen goed mogelijk wanneer de betrokkenen de relevante informatieobjecten eenduidig begrijpen en kunnen toepassen. Daarvoor is een systematische beschrijving vereist.
|Rationale=Samenwerking tussen en binnen organisaties is alleen goed mogelijk wanneer de betrokkenen de   relevante informatieobjecten kunnen toepassen, hergebruiken en duurzaam archiveren.  
Een systematische beschrijving van informatieobjecten, hun semantiek en onderlinge structuur is nodig om de informatie eenduidig te kunnen interpreteren en digitale uitwisseling mogelijk te maken.


Vastleggen van standaard metagegevens over de context, inhoud, structuur, vorm en gedrag evenals het beheer en gebruik van informatieobjecten heeft als doel:
De unieke identificatie is nodig om ervoor te zorgen dat mensen en machines op een eenduidige manier naar informatieobjecten kunnen verwijzen zodat ze vindbaar en van elkaar onderscheidbaar zijn.
*het mogelijk maken van hergebruik van informatieobjecten binnen wet- en regelgeving
|Implicaties=# Systematisch beschrijven en uniek identificeren van informatieobjecten volgens de relevante metadata-standaarden, waarbij gebruik wordt gemaakt van de FAIR principes.
*ondersteunen van de uitwisselbaarheid van informatie tussen publieke organisaties en hun voorzieningen daarvoor
# Het visualiseren van de informatieobjecten in hun onderlinge
*waarborgen van de kwaliteit in termen van authenticiteit, betrouwbaarheid, volledigheid, integriteit, bruikbaarheid en duurzaamheid
samenhang (informatiemodel) zodat de structurele relaties
*waarborgen van vindbaarheid, identificatie en toegankelijkheid
tussen informatieobjecten duidelijk worden.
*het mogelijk maken van beheer en reproductie
# Digitaal publiceren van het informatiemodel (beschrijving en de visualisatie).
*herleiden van het doel en de context van de inwinning
 
|Implicaties=#Alle partijen wijken alleen beargumenteerd af van een gekozen standaard of [[Gegevensbeschrijvingen/Handreiking|deze handreiking]]
Voor het beschrijven van informatieobjecten in een informatiemodel is  het volgende stappenplan beschikbaar:
#Gegevensbeschrijvingen zijn vindbaar met gebruikelijke termen
* Maak een overzicht van de (types) informatieobjecten die benodigd zijn
#De betekenis van gehanteerde begrippen is duidelijk (transparant)
voor de dienst.
#De beschrijving is op internet gepubliceerd en voor mensen leesbaar (toegankelijk)
** Bij diensten waar verschillende organisaties bij zijn betrokken, maken deze dienstverleners gezamenlijk éénduidige afspraken over de informatieobjecten die hierin een rol spelen.
#De beschrijving is bij voorkeur ook machinaal lees- en interpreteerbaar (toegankelijk)
* Zorg ervoor dat al deze informatieobjecten systematisch zijn beschreven, inclusief hun metadata.
** Gebruik standaard metagegevens voor alle aan een dienst gerelateerde informatieobjecten. Zie ook de richtlijn Metagegevens Overheidsinformatie van het Nationaal Archief.
** Naast de standaard metagegevens kunnen per dienst aanvullende metagegevens opgenomen worden. Voor informatieobjecten die nog nooit eerder zijn gedefinieerd moet de relevante metadata zelf vastgesteld en beschreven worden.
** Alle partijen wijken alleen beargumenteerd af van vastgestelde metagegevens standaarden die verplicht zijn ('pas-toe-of-leg-uit'). Voor niet verplichte standaarden voor metagegevens wordt geadviseerd deze toe te passen. In deze handreiking wordt verwezen naar de in acht te nemen standaarden voor gegevensbeschrijvingen. Zie ook de huidige [[gegevenswoordenboeken]]
* Relateer de informatieobjecten aan bestaande informatiemodellen.
** Neem waar mogelijk beschrijvingen over van de basisregistraties. Andere beschrijvingen zijn te halen uit de informatiemodellen RSGB en RGBZ van de GEMMA en de informatiemodellen IMKAD, IMGeo van respectievelijk het Kadaster en Geonovum.
** Indien er nog geen geschikte informatiemodellen bestaan, vormt het
metamodel KKG een goede basis. Het dient als gemeenschappelijk vertrekpunt voor het opstellen van informatiemodellen. De informatiehuizen van de DSO gaan KKG gebruiken voor het opstellen van informatiemodellen.
** Zie ook het nationaal metamodel voor informatiemodellering, de modellen van bv HORA, ZIRA, het nationaal semantisch vlak.
* Publiceer de informatieobjecten digitaal en benoem de vindplaats
zodat ze uniek identificeerbaar zijn.
** Betrokken dienstverleners gebruiken dezelfde identificatiemethode, bijvoorbeeld een Uniforme Resource Indicator (URI)


Om deze implicaties te realiseren, wordt aanbevolen de [[Gegevensbeschrijvingen/Handreiking|handreiking]] te gebruiken. Daarin wordt ook verwezen naar de in acht te nemen [[Gegevensbeschrijvingen/Standaarden voor gegevensbeschrijvingen|Standaarden informatieobjecten]].
|Cluster=Informatie
|Cluster=Informatie
|Architectuurlaag=Informatiearchitectuur
|Architectuurlaag=Informatiearchitectuur
|Architectuurdomein=Berichten en Gegevens
|Architectuurdomein=Berichten en Gegevens
|Toepassingsgebied=Generiek
|Toepassingsgebied=Generiek
|RelatieToelichting=Dit afgeleid principe is gerelateerd aan de afgeleide principes die betrekking hebben op:
* Het beschrijven en naleven van procedures om informatieobjecten te beheren ([[AP13]]). Dit is inclusief aspecten om de kwaliteit van de informatieobjecten te kunnen garanderen. Zie terugmelding aan bronhouders ([[AP14]]), baseline kwaliteit ([[AP33]]).
* Het benoemen van gebruiksdoel en context van de in te winnen gegevens (in het kader van verantwoord gegevensgebruik) in het kader van doelbinding ([[AP15]]). Het (her)gebruik en het toepassen van een informatieobject autoriseren ([[AP43]]) met behulp van identificatie van personen, organisaties en ICT-voorzieningen.
|Status actualiteit=Actueel
|Status actualiteit=Actueel
|Prioriteit revisit=8
|Prioriteit revisit=8
|Is gerelateerd aan=Bronregistraties zijn leidend, Terugmelden aan bronhouder, Baseline kwaliteit diensten, Doelbinding (AP),Vertrouwelijkheid,
|Realiseert=Vindbaar, Toegankelijk, Standaard (Basisprincipe), Transparant
|Realiseert=Vindbaar, Toegankelijk, Standaard (Basisprincipe), Transparant
|Heeft bron=NORA 3.0 Principes voor Samenwerking en Dienstverlening, Werkgroep AP17
|Heeft bron=NORA 3.0 Principes voor Samenwerking en Dienstverlening, Werkgroep AP17
}}
}}

Versie van 15 jan 2018 18:57

"Relatie Afgeleid principe 17, realiseert Basisprincipes 2, 3, 4 en 6"
Dit Afgeleide Principe wordt herzien in het kader van Afgeleide Principes Revisited. Onder andere het Nationaal Archief, KING en ICTU hebben gewerkt aan een gedragen conceptversie (PDF, 813 kB) die Identificatie informatie-objecten en Informatie-objecten systematisch beschreven samenvoegt tot één nieuw principe. Feedback op dit concept graag sturen naar Robert van Wessel nora@ictu.nl. Afhankelijk van de reacties volgt nog een nieuwe conceptversie of een formeel RFC naar de NORA Gebruikersraad.

Historie

De Laatste goedgekeurde wijziging van dit principe was in de gebruikersraad van september 2014.

NB: Deze pagina maakt deel uit van de Historie van de NORA en kan verouderde informatie bevatten!'

Deze pagina en alle Basisprincipes en Afgeleide Principes van de NORA zijn per 1 januari 2023 vervallen door nieuwe Bindende Architectuurafspraken: Kernwaarden van Dienstverlening, Kwaliteitsdoelen, Architectuurprincipes en Implicaties van Architectuurprincipes. Zie voor meer informatie het RFC Bindende architectuurafspraken 2022, goedgekeurd door de NORA Gebruikersraad op 13 september 2022.

 
Afgeleide principes zijn principes die volgen uit de NORA-basisprincipes en die een verdere concretisering van die basisprincipes beogen.

Eigenschappen

IDAP17
StellingDe aan de dienst gerelateerde informatieobjecten zijn, uniek geïdentificeerd, in een informatiemodel beschreven.
RationaleSamenwerking tussen en binnen organisaties is alleen goed mogelijk wanneer de betrokkenen de relevante informatieobjecten kunnen toepassen, hergebruiken en duurzaam archiveren.

Een systematische beschrijving van informatieobjecten, hun semantiek en onderlinge structuur is nodig om de informatie eenduidig te kunnen interpreteren en digitale uitwisseling mogelijk te maken.

De unieke identificatie is nodig om ervoor te zorgen dat mensen en machines op een eenduidige manier naar informatieobjecten kunnen verwijzen zodat ze vindbaar en van elkaar onderscheidbaar zijn.
Implicaties
  1. Systematisch beschrijven en uniek identificeren van informatieobjecten volgens de relevante metadata-standaarden, waarbij gebruik wordt gemaakt van de FAIR principes.
  2. Het visualiseren van de informatieobjecten in hun onderlinge

samenhang (informatiemodel) zodat de structurele relaties tussen informatieobjecten duidelijk worden.

  1. Digitaal publiceren van het informatiemodel (beschrijving en de visualisatie).

Voor het beschrijven van informatieobjecten in een informatiemodel is het volgende stappenplan beschikbaar:

  • Maak een overzicht van de (types) informatieobjecten die benodigd zijn

voor de dienst.

    • Bij diensten waar verschillende organisaties bij zijn betrokken, maken deze dienstverleners gezamenlijk éénduidige afspraken over de informatieobjecten die hierin een rol spelen.
  • Zorg ervoor dat al deze informatieobjecten systematisch zijn beschreven, inclusief hun metadata.
    • Gebruik standaard metagegevens voor alle aan een dienst gerelateerde informatieobjecten. Zie ook de richtlijn Metagegevens Overheidsinformatie van het Nationaal Archief.
    • Naast de standaard metagegevens kunnen per dienst aanvullende metagegevens opgenomen worden. Voor informatieobjecten die nog nooit eerder zijn gedefinieerd moet de relevante metadata zelf vastgesteld en beschreven worden.
    • Alle partijen wijken alleen beargumenteerd af van vastgestelde metagegevens standaarden die verplicht zijn ('pas-toe-of-leg-uit'). Voor niet verplichte standaarden voor metagegevens wordt geadviseerd deze toe te passen. In deze handreiking wordt verwezen naar de in acht te nemen standaarden voor gegevensbeschrijvingen. Zie ook de huidige gegevenswoordenboeken
  • Relateer de informatieobjecten aan bestaande informatiemodellen.
    • Neem waar mogelijk beschrijvingen over van de basisregistraties. Andere beschrijvingen zijn te halen uit de informatiemodellen RSGB en RGBZ van de GEMMA en de informatiemodellen IMKAD, IMGeo van respectievelijk het Kadaster en Geonovum.
    • Indien er nog geen geschikte informatiemodellen bestaan, vormt het

metamodel KKG een goede basis. Het dient als gemeenschappelijk vertrekpunt voor het opstellen van informatiemodellen. De informatiehuizen van de DSO gaan KKG gebruiken voor het opstellen van informatiemodellen.

    • Zie ook het nationaal metamodel voor informatiemodellering, de modellen van bv HORA, ZIRA, het nationaal semantisch vlak.
  • Publiceer de informatieobjecten digitaal en benoem de vindplaats

zodat ze uniek identificeerbaar zijn.

    • Betrokken dienstverleners gebruiken dezelfde identificatiemethode, bijvoorbeeld een Uniforme Resource Indicator (URI)
ClusterInformatie
ArchitectuurlaagInformatiearchitectuur
ArchitectuurdomeinBerichten en Gegevens
ToepassingsgebiedGeneriek
RelatieToelichtingDit afgeleid principe is gerelateerd aan de afgeleide principes die betrekking hebben op:
  • Het beschrijven en naleven van procedures om informatieobjecten te beheren (Bronregistraties zijn leidend). Dit is inclusief aspecten om de kwaliteit van de informatieobjecten te kunnen garanderen. Zie terugmelding aan bronhouders (Terugmelden aan bronhouder), baseline kwaliteit (Baseline kwaliteit diensten).
  • Het benoemen van gebruiksdoel en context van de in te winnen gegevens (in het kader van verantwoord gegevensgebruik) in het kader van doelbinding (Doelbinding (AP)). Het (her)gebruik en het toepassen van een informatieobject autoriseren (Vertrouwelijkheid (principe)) met behulp van identificatie van personen, organisaties en ICT-voorzieningen.
  • Status actualiteitActueel
    Prioriteit revisit8

    Relaties

    VertrekpuntRelatieEindpunten
    Informatie-objecten systematisch beschrevenHeeft bron
    Informatie-objecten systematisch beschrevenIs gerelateerd aan
    Informatie-objecten systematisch beschrevenRealiseert

    Afgeleide relaties

    VertrekpuntRelatieEindpunt
    Relatie PRIV U.02-AP17 (Relatiebeschrijving)EindpuntInformatie-objecten systematisch beschreven
    Relatie PRIV U.07-AP17 (Relatiebeschrijving)EindpuntInformatie-objecten systematisch beschreven
    Relatie PRIV U.02-AP17 (Relatiebeschrijving)Is gerelateerd aanInformatie-objecten systematisch beschreven
    Relatie PRIV U.07-AP17 (Relatiebeschrijving)Is gerelateerd aanInformatie-objecten systematisch beschreven