Clouddiensten Uitvoering
Deze informatie is onderdeel van BIO Thema Clouddiensten.
Meer lezen |
De onderstaande afbeelding geeft de onderwerpen weer die specifiek voor het uitvoeringsaspect een rol spelen.
Risico
Als bij het aangaan of gedurende het toepassen van clouddiensten, adequate beveiligingsfuncties, het in de contracten benoemen van deze functies en de regie op naleving van de afspraken ontbreken, dan ontstaan continuïteitsrisico’s en mogelijk, datalekken of misbruik van gevoelige data. In Cloudbeveiligingsprincipes binnen het beleidsaspect, Cloudbeveiligingsprincipes binnen het uitvoeringsaspect en Cloudbeveiligingsprincipes binnen het control-aspect is per aandachtsgebied aangegeven welke risico’s relevant zijn.
Doelstelling
Het doel van het uitvoeringsaspect van clouddiensten is te waarborgen dat, overeenkomstig specifieke beleidsuitgangspunten, een betrouwbare en veilige dienstverlening geleverd wordt en dat de werking voldoet aan de eisen die door de CSC zijn gesteld.
Principes uit de BIO Thema Clouddiensten binnen dit aspect
ID | principe | Criterium |
---|---|---|
Cloud_U.01 | Standaarden voor clouddiensten | De CSP past aantoonbaar relevante nationale standaarden en internationale standaarden toe voor de opzet en exploitatie van de diensten en de interactie met de CSC. |
Cloud_U.02 | Risico-assessment | De CSP behoort een risico-assessment uit te voeren, bestaande uit risico-analyse en risico-evaluatie en op basis van de criteria en de doelstelling met betrekking tot clouddiensten van de CSP. |
Cloud_U.03 | Bedrijfscontinuïteitsservices | InformatieBetekenisvolle gegevens. verwerkende faciliteiten behoren met voldoende redundantie te worden geïmplementeerd om aan continuïteitseisen te voldoen. |
Cloud_U.04 | Herstelfunctie voor data en clouddiensten | De herstelfunctie van data en clouddiensten, gericht op ondersteuning van bedrijfsprocessen behoort te worden gefaciliteerd met infrastructuur en IT-diensten, die robuust zijn en periodiek worden getest. |
Cloud_U.05 | Data-protectie | Data (op transport, in verwerking en in rust) met classificatie BBN2 of hoger behoort te worden beschermd met cryptografische maatregelen en te voldoen aan Nederlandse wetgeving. |
Cloud_U.06 | Dataretentie en vernietiging gegevens | Gearchiveerde data behoort gedurende de overeengekomen bewaartermijn technologie-onafhankelijk, raadpleegbaar, onveranderbaar en integer te worden opgeslagen en op aanwijzing van de CSC/data eigenaar te kunnen worden vernietigd. |
Cloud_U.07 | Scheiding van data | CSC-gegevens behoren tijdens transport, bewerking en opslag duurzaam geïsoleerd te zijn van beheerfuncties en data van en andere dienstverlening aan andere CSC’s, die de CSP in beheer heeft. |
Cloud_U.08 | Scheiding van dienstverlening | De cloud-infrastructuur is zodanig ingericht, dat de dienstverlening aan gebruikers van informatiediensten zijn gescheiden. |
Cloud_U.09 | Malware-protectie | Ter bescherming tegen malware behoren beheersmaatregelen te worden geïmplementeerd voor detectie, preventie en herstel in combinatie met een passend bewustzijn van de gebruikers. |
Cloud_U.10 | Toegang tot IT-diensten en data | Gebruikers behoren alleen toegang te krijgen tot de IT-diensten en data waarvoor zij specifiek bevoegd zijn. |
Cloud_U.11 | Crypto-services | Gevoelige data van CSC’s behoort conform het overeengekomen beleid inzake cryptografische maatregelen, tijdens transport via netwerken en bij opslag bij CSP te zijn versleuteld. |
Cloud_U.12 | Koppelvlakken | De onderlinge netwerkconnecties (koppelvlakken) in de keten van CSC naar CSP behoren te worden bewaakt en beheerst om de risico’s van datalekken te beperken. |
Cloud_U.13 | Service-orkestratie | Service-orkestratie biedt coördinatie, aggregatie en samenstelling van de service-componenten van de cloudservice die aan de CSC wordt geleverd. |
Cloud_U.14 | Interoperabiliteit en portabiliteit | Cloudservices zijn bruikbaar (interoperabiliteitInteroperabiliteit is het vermogen van organisaties (en hun processen en systemen) om effectief en efficiënt informatie te delen met hun omgeving) op verschillende IT-platforms en kunnen op basis van standaarden verschillende IT-platforms met elkaar verbinden en data overdragen (portabiliteit) naar andere CSP’s. |
Cloud_U.15 | Logging en monitoring | Logbestanden waarin gebeurtenissen die gebruikersactiviteiten, uitzonderingen en informatiebeveiligingHet proces van vaststellen van de vereiste betrouwbaarheid van informatiesystemen in termen van vertrouwelijkheid, beschikbaarheid en integriteit alsmede het treffen, onderhouden en controleren van een samenhangend pakket van bijbehorende maatregelen. gebeurtenissen worden geregistreerd, behoren te worden gemaakt, bewaard en regelmatig te worden beoordeeld. |
Cloud_U.16 | Clouddiensten-architectuur | De clouddiensten-architectuurEen beschrijving van een complex geheel, en van de principes die van toepassing zijn op de ontwikkeling van het geheel en zijn onderdelen. specificeert de samenhang en beveiliging van de services en de inter-connectie tussen CSC en CSP en biedt transparantieInzicht in de werkwijze die de overheid hanteert. en overzicht van randvoorwaardelijke omgevingsparameters, voor zowel de opzet, de levering en de portabiliteit van CSC-data. |
Cloud_U.17 | Multi-tenant architectuur | Bij multi-tenancy wordt de CSC-data binnen clouddiensten, die door meerdere CSC’s worden afgenomen, in rust versleuteld en gescheiden verwerkt op gehardende (virtuele) machines. |
Normen uit de BIO Thema Clouddiensten binnen dit aspect
ID | Stelling | Norm |
---|---|---|
Cloud_U.01.01 | De CSP maakt haar dienstverlening transparant, zodat de CSC aantoonbaar aan de voor haar verplichte BIO en Pas-toe-of-leg-uit standaarden kan voldoen. | Maken transparante dienstverlening |
Cloud_U.01.02 | De CSP treft beveiligingsmaatregelen op basis van internationale standaarden, zoals:
| Treffen beveiligingsmaatregelen op basis van internationale standaarden |
Cloud_U.02.01 | De risico’s ten aanzien van de middelen die binnen de scope van clouddiensten ressorteren, worden geïdentificeerd, op waarde geschat (gekwantificeerd of gekwalificeerd) en beschreven op basis van risico-evaluatiecriteria en -doelstellingen van de CSP. | Op waarde schatten en beschrijven van risico’s rond middelen vallend binnen clouddienstenscope |
Cloud_U.02.02 | De geïdentificeerde risico’s worden geëvalueerd op basis van risico-acceptatiecriteria. | Evalueren risico’s op basis van risico-acceptatiecriteria |
Cloud_U.03.01 | De overeengekomen continuïteit wordt gewaarborgd door middel van voldoende logische of fysieke meervoudig uitgevoerde systeemfuncties. | Waarborgen continuïteit door voldoende logische of fysieke meervoudig uitgevoerde systeemfuncties |
Cloud_U.03.02 | De met de CSC-organisatie overeengekomen continuïteitseisen voor cloudservices wordt gewaarborgd door middel van specifieke in de systeemarchitectuur beschreven maatregelen. | Waarborgen van continuïteitseisen door specifieke in systeemarchitectuur beschreven maatregelen |
Cloud_U.04.01 | De data en clouddiensten worden in geval van calamiteiten binnen de overeengekomen periode en maximale dataverlies hersteld en aan de CSC beschikbaar gesteld. | Herstellen data en clouddiensten bij calamiteiten en beschikbaar stellen |
Cloud_U.04.02 | Het continue proces van herstelbaar beveiligen van data wordt gemonitord. | Monitoren proces van herstelbaar beveiligen van data |
Cloud_U.04.03 | Het toereikend functioneren van de herstelfuncties wordt periodiek getest door gekwalificeerd personeel en de resultaten daarvan worden gedeeld met de CSC. | Testen functioneren van herstelfuncties en resultaten daarvan delen |
Cloud_U.05.01 | Gegevenstransport wordt ‘state of the art’ beveiligd met cryptografie (conform forum standaardisatie) en waarbij het sleutelbeheer zo mogelijk door de CSC zelf wordt uitgevoerd. | ‘State of the art’ beveiligen gegevenstransport met cryptografie, met zelf uitgevoerd sleutelbeheer |
Cloud_U.05.02 | De binnen de clouddienst opgeslagen gegevens worden ‘state of the art’ beveiligd met encryptie en met een tenminste voor het doel toereikende sleutellengte, waarbij het sleutelbeheer zo mogelijk niet als clouddienst wordt afgenomen en door de CSC zelf wordt uitgevoerd. | ‘State of the art’ binnen clouddienst opgeslagen gegevens beveiligen met encryptie |
Cloud_U.06.01 | De gegarandeerde en met de CSP overeengekomen opslagduur is contractueel vastgelegd en voldoet aan de Archiefwet. | Vastleggen gegarandeerde overeengekomen opslagduur en voldoen aan Archiefwet |
Cloud_U.06.02 | Gegevens zijn onafhankelijk van de door de CSP toegepaste technologie raadpleegbaar gedurende de gehele bewaartermijn. | Raadplegen gegevens, onafhankelijk van technologie gedurende bewaartermijn |
Cloud_U.06.03 | Gegevens worden zo mogelijk gearchiveerd met behulp van WORM (Write Once Read Many) technologie, waarmee de integriteit van de data wordt gegarandeerd. | Archiveren gegevens met behulp van WORM-technologie |
Cloud_U.06.04 | Voorafgaand aan het voor onderhoudsdoeleinden wijzigen van opslagmedia, wordt de data van de CSC, inclusief de back-up van gegevens en metadata, veilig gewist of vernietigd. | Wissen of vernietigen CSC-data voorafgaand aan voor onderhoudsdoeleinden wijzigen van opslagmedia |
Cloud_U.06.05 | Bij het beëindigen van de contractrelatie wordt de data van de CSC, inclusief de back-up van gegevens en de metadata veilig gewist, om te voorkomen dat de CSC-gegevens naderhand door de CSP kunnen worden hersteld, bijvoorbeeld met forensische hulpmiddelen. | Wissen CSC-data bij beëindigen van contractrelatie |
Cloud_U.07.01 | Permanente isolatie van gegevens wordt gerealiseerd binnen een multi-tenant architectuurEen beschrijving van een complex geheel, en van de principes die van toepassing zijn op de ontwikkeling van het geheel en zijn onderdelen. en patches en aanpassingen van applicaties en infrastructuur worden op een gecontroleerde wijze gerealiseerd voor alle clouddiensten die de CSC afneemt. | Permanente isolatie van gegevens binnen een multi-tenant architectuur |
Cloud_U.07.02 | Isolatie van de CSC-gegevens wordt gegarandeerd door deze onder alle bedrijfsomstandigheden minimaal logisch te scheiden van de data van andere CSC’s. | Garanderen isolatie van CSC-gegevens door logische scheiding van andere CSC’s-data |
Cloud_U.07.03 | De bevoegdheden voor het inzien of wijzigen van CSC-data en/of van encryptiesleutels door beheerfuncties en beheerders worden gecontroleerd verleend en het gebruik van deze rechten wordt gelogd. | Verlenen bevoegdheden voor inzien of wijzigen en/of encryptiesleutels plus loggen rechtengebruik |
Cloud_U.08.01 | De CSP realiseert de volgende scheiding van clouddienstverlening:
| Realiseren diverse scheidingen van clouddienstverlening |
Cloud_U.09.01 | De CSP specificeert, als onderdeel van de overeenkomst, welke maatregelen (voor onder andere malware-protectie) op welke positie in de informatieketen van CSC en CSP moeten worden genomen. | Specificeren welke maatregelen op welke positie in informatieketen moeten worden genomen |
Cloud_U.09.02 | De CSP heeft de voor ontwikkeling en exploitatie van clouddiensten gebruikte IT-systemen en netwerkperimeters waarvoor zij verantwoordelijk is, uitgerust met tools ter bescherming en verwijdering van malware. | Uitrusten voor ontwikkeling en exploitatie van clouddiensten gebruikte IT-systemen en netwerkperimeter |
Cloud_U.09.03 | De malware-bescherming wordt op verschillende omgevingen uitgevoerd, zoals op mailservers, (desktop)computers en bij de toegang tot het netwerk van de organisatie. De scan op malware omvat onder andere:
| Uitvoeren malware-bescherming op verschillende omgevingen en bij toegang tot netwerk van organisatie |
Cloud_U.10.01 | De CSP biedt de CSC uitsluitend toegang tot services, IT-diensten en data waarvoor zij specifiek bevoegd is.
| Bieden toegang tot bevoegde services, IT-diensten en data |
Cloud_U.10.02 | Onder verantwoordelijkheid van de CSP wordt aan beheerders:
| Verlenen toegang aan beheerders |
Cloud_U.10.03 | Alleen gebruikers met geauthentiseerde apparatuur krijgen toegang tot IT-diensten en data. | Krijgen toegang tot IT-diensten en data |
Cloud_U.10.04 | Onder de verantwoordelijkheid van de CSP worden bevoegdheden (systeemautorisaties) voor gebruikers toegekend via formele procedures. | Toekennen bevoegdheden voor gebruikers via formele procedures |
Cloud_U.10.05 | Toegang tot IT-diensten en data is beperkt door technische maatregelen en is geïmplementeerd, bijvoorbeeld met het rollen en rechten concept. | Beperken toegang tot IT-diensten en data door technische maatregelen en implementeren |
Cloud_U.11.01 | In het cryptografiebeleid zijn minimaal de volgende onderwerpen uitgewerkt:
| Uitwerken cryptografiebeleid |
Cloud_U.11.02 | In geval van PKI-overheidscertificaten worden de PKI-overheidseisen gehanteerd ten aanzien van het sleutelbeheer. In overige situaties worden de ISO 11770 standaard voor het beheer van cryptografische sleutels gehanteerd. | Hanteren PKI-overheidseisen en ISO 11770 voor sleutelbeheer |
Cloud_U.11.03 | Gevoelige data (op transport en in rust) is altijd versleuteld, waarbij private-key’s in beheer zijn bij de CSC. Het gebruik van een private-sleutel door de CSP is gebaseerd op een gecontroleerde procedure en moet gezamenlijk worden overeengekomen met de CSC-organisatie. | Versleutelen gevoelige data en private-sleutelgebruik baseren op gecontroleerde overeengekomen procedure |
Cloud_U.12.01 | In koppelpunten met externe of onvertrouwde zones zijn maatregelen getroffen om mogelijke aanvallen die de beschikbaarheid van de informatievoorziening negatief beïnvloeden (zoals DDoS-aanvallen en Distributed Denial of Service attacks) te signaleren en hierop te reageren. | Treffen maatregelen in koppelpunten met externe of onvertrouwde zones |
Cloud_U.12.02 | Fysieke en gevirtualiseerde netwerkcomponenten zijn zodanig ontworpen en geconfigureerd, dat netwerkconnecties tussen vertrouwde en onvertrouwde netwerken worden beperkt en gemonitord (bewaakt). | Ontwerpen en configureren netwerkcomponenten om netwerkconnecties te beperken en te monitoren |
Cloud_U.12.03 | Beheeractiviteiten van de CSP zijn strikt gescheiden van de data CSC. | Scheiden CSP-beheeractiviteiten en CSC-data |
Cloud_U.12.04 | Dataverkeer voor CSC’s zijn in gezamenlijk gebruikte netwerkomgevingen gescheiden volgens een gedocumenteerd concept voor de op netwerkniveau (logische) segmentatie van CSC’s, om zo de integriteit en vertrouwelijkheidDe eigenschap dat informatie niet beschikbaar wordt gesteld of wordt ontsloten aan onbevoegde personen van de verzonden gegevens te garanderen. | Scheiden dataverkeer in gezamenlijk gebruikte netwerkomgevingen |
Cloud_U.12.05 | Het dataverkeer dat de CSP binnenkomt of uitgaat wordt, in relatie tot de aard van de te beschermen gegevens/informatiesystemen, bewaakt en geanalyseerd op kwaadaardige elementen middels detectievoorzieningen. | Bewaken en analyseren dataverkeer op kwaadaardige elementen |
Cloud_U.12.06 | De CSP heeft Intrusion Detection Prevention (IDP) en Intrusion Detection System (IDS) geïntegreerd in een alles omvattend SIEM, zodat beveiligingsgebeurtenissen en onbekende apparatuur vanuit de benodigde technische maatregelen worden opgemerkt en correctieve maatregelen kunnen worden genomen. | Integreren Intrusion Detection Prevention en Intrusion Detection System in SIEM |
Cloud_U.12.07 | Ontdekte nieuwe dreigingen worden, rekening houdend met geldende juridische kaders, verplicht gedeeld binnen de overheid, waaronder met het NCSC (alleen voor rijksoverheidsorganisaties) of de sectorale CERT en bij voorkeur door geautomatiseerde mechanismen (threat intelligence sharing). | Delen nieuwe dreigingen binnen overheid |
Cloud_U.13.01 | Cloud-orkestratietechnologie functioneert met heterogene systemen en mogelijk wereldwijde cloud-implementatie (op verschillende geografische locaties en met verschillende CSP’s). | Functioneren orkestratietechnologie met heterogene systemen en mogelijk wereldwijde cloud-implementatie |
Cloud_U.13.02 | De functionele samenhang van de service-componenten zijn beschreven. | Beschrijven functionele samenhang van service-componenten |
Cloud_U.13.03 | Voor orkestratie van cloudservices is de volgende informatie benodigd:
| Zorgen voor benodigde informatie voor orkestratie van cloudservices |
Cloud_U.14.01 | Om de interoperabiliteitInteroperabiliteit is het vermogen van organisaties (en hun processen en systemen) om effectief en efficiënt informatie te delen met hun omgeving van cloudservices te garanderen, zijn gegevens beschikbaar conform erkende industrie-standaarden en gedocumenteerde invoer- en uitvoerinterfaces. | Hebben beschikbare gegevens om interoperabiliteit van cloudservices te garanderen |
Cloud_U.14.02 | Om de portabiliteit van de data te garanderen, maakt de CSP gebruik van beveiligde netwerkprotocollen voor de import en export van data en waarmee de integriteit en vertrouwelijkheidDe eigenschap dat informatie niet beschikbaar wordt gesteld of wordt ontsloten aan onbevoegde personen wordt gegarandeerd. | Gebruiken beveiligde netwerkprotocollen voor import en export van data |
Cloud_U.15.01 | Het overtreden van de beleidsregels wordt door CSP en CSC vastgelegd. | Vastleggen beleidsregel-overtreding |
Cloud_U.15.02 | De SIEM en/of SOC hebben heldere regels over wanneer een incident moet worden gerapporteerd aan het verantwoordelijk management. | Hebben SIEM- en/of SOC-regels over te rapporteren incident |
Cloud_U.15.03 | De CSP hanteert een lijst van alle activa die kritisch zijn in termen van logging en monitoring en beoordeelt deze lijst regelmatig op correctheid. | Hanteren en beoordelen lijst van alle kritische activa |
Cloud_U.15.04 | Aan logboeken en bewaking worden strenge eisen gesteld; voor de kritieke componenten zijn geavanceerde beveiligingen voor logboeken en bewaking gedefinieerd. | Stellen eisen aan logboeken en bewaking |
Cloud_U.15.05 | De toegang tot en het beheer van de loggings- en monitoringsfunctionaliteit is beperkt tot geselecteerde en geautoriseerde medewerkers van de CSP. | Beperken toegang tot en beheer van loggings- en monitoringsfunctionaliteit tot CSP-medewerkers |
Cloud_U.15.06 | Wijzigingen in de logging en monitoring worden gecontroleerd door onafhankelijke en geautoriseerde medewerkers (logregels mogen nooit worden gewijzigd; deze zijn immers bedoeld om als bewijslast te kunnen gebruiken). | Controleren wijzigingen in logging en monitoring |
Cloud_U.16.01 | De architectuurEen beschrijving van een complex geheel, en van de principes die van toepassing zijn op de ontwikkeling van het geheel en zijn onderdelen. specificeert ten minste het volgende:
| Specificeren minimale zaken voor architectuur |
Cloud_U.17.01 | CSC-data op transport en in rust is versleuteld. | Versleutelen CSC-data op transport en in rust |
Cloud_U.17.02 | Virtuele machine-platforms voor CSC’s met speciale/verhoogde beveiligingsvereisten zijn gescheiden ingericht. | Gescheiden inrichten virtuele machine-platforms voor CSC’s |
Cloud_U.17.03 | Virtuele machine-platforms zijn gehardend. | Hardenen virtuele machine-platforms |