Kamerbrief kaderstelling Architectuur standaardisatie en interoperabiliteit

Uit NORA Online
Naar navigatie springen Naar zoeken springen



Eigenschappen

BeschrijvingDeze brief van de minister van Binnenlandse Zaken aan de Tweede Kamer heeft betrekking op een aantal maatregelen die het kabinet neemt ten aanzien van het ontwikkelen en uitvoeren van grote ICT-projecten.

Het is hier met name als beleidskader opgenomen omdat het de kaderstelling van architectuur, standaardisatie en interoperabiliteit bespreekt en vastlegt dat:

  1. De NORA als norm geldt voor de overheid als geheel.
  2. De NORA vanaf H2 2008 als interoperabiliteitsraamwerk gepositioneerd wordt (op voordracht van College Standaardisatie en met steun van de staatssecretarissen van BZK en EZ).

Het legt ook een extra verplichting vast binnen de Rijksdienst en Rijksbreed, namelijk dat:

  1. Voor ICT-projecten binnen de Rijksdienst NORA en MARIJ (voorganger van EAR) als referentie-architectuur fungeren, waarbij elk ministerie zelf verantwoordelijk is voor toepassing volgens het pas-toe-of-leg-uit principe.
  2. Voor elk groot ICT-project een PSA opgesteld dient te worden in lijn met NORA en MARIJ.
De brief benoemt ook het ministerie van BZK als verantwoordelijk is voor de realisatie, de borging, het onderhoud en het verder ontwikkelen en toepassen van de rijksbrede architectuur en specifieke architectuurinstrumenten. Hieruit volgt het opdrachtgeverschap dat zij tot op de dag van vandaag hebben voor de NORA en de EAR.
ToelichtingDe genoemde passages staan in Hoofdstuk 4, Kaderstellende maatregelen, kopje Architectuur standaardisatie en interoperabiliteit:

"Werken onder architectuur is een noodzakelijke voorwaarde voor toekomstvaste ICT-investeringen, goede samenhang tussen ICT-systemen en samenwerking tussen de afzonderlijke ministeries en de rijksoverheid als geheel. Het gebruik van (open) standaarden draagt bij aan betere interoperabiliteit tussen (onderdelen van) ministeries en andere overheden, een betere gegevensuitwisseling tussen overheden met burgers en bedrijven en het verminderen van leveranciersafhankelijkheid. Het toepassen van architectuur maakt complexiteit beter beheersbaar, maakt het mogelijk grote projecten met behoud van samenhang op te knippen in modules met een eigen einddoel en resultaat, helpt bij het hergebruik van bestaande oplossingen en bij het identificeren van overlap tussen projecten. Voor de overheid als geheel geldt de Nederlandse Overheids Referentie Architectuur (NORA) als norm. Daarvan afgeleid is de Model Architectuur RIJksdienst (MARIJ), die een set van multilaterale afspraken (inrichtingsprincipes) omvat voor de rijksoverheid en ook is te beschouwen als referentiekader voor afgeleide architecturen van departementen, departementsonderdelen en (rijksbrede)projecten. Bovendien kan via architectuurontwikkeling kennis binnen de overheid worden uitgewisseld, waardoor verregaande vormen van horizontale samenwerking beter mogelijk zijn.

In de tweede helft van 2008 wordt NORA (versie 3) ook als interoperabiliteitsraamwerk gepositioneerd op voordracht van het College Standaardisatie en met de steun van de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en de staatssecretaris van Economische Zaken (zoals al aangekondigd in het actieplan Nederland Open in Verbinding). In NORA zijn de Europese ontwikkelingen in het kader van het European Interoperability Framework verankerd voor wat betreft publieke diensten waarbij sprake is van grensoverschrijdende gegevensuitwisseling. De Model Architectuur Rijksdienst (MARIJ) is afgeleid van NORA. Medio 2008 wordt versie 1.0 van MARIJ opgeleverd.

Het kabinet stelt vast dat NORA en MARIJ als referentie-architectuur fungeren voor ICT-projecten binnen de rijksdienst. Elk ministerie is zelf verantwoordelijk voor het toepassen van de genoemde architecturen en daarbij behorende instrumenten volgens het «pas-toe-of-leg-uit»-principe. Het kabinet stelt tevens vast dat voor elk nieuw groot ICT-project een Project Start Architectuur dient te worden opgesteld in lijn met NORA en MARIJ.

De Directie Informatiseringsbeleid Rijksdienst van BZK is verantwoordelijk voor de realisatie, de borging, het onderhoud en het verder ontwikkelen en toepassen van de rijksbrede architectuur en specifieke architectuurinstrumenten. Voor overheidsorganisaties is het principe «pas-toe-of-leg-uit» voor open standaarden al verplicht conform het kabinetsbeleid inzake het Actieplan Nederland Open in Verbinding. De bewindslieden van BZK zijn ook verantwoordelijk voor afspraken voor rijksdiensten ten aanzien van het Voorschrift Informatiebeveiliging (VIR), de baseline informatiehuishouding (samen met de minister van OCW), de DWR (Digitale werkomgeving Rijk) standaarden en het Normenkader Informatiebeveiliging Rijksweb en Haagse Ring."
Externe verwijzinghttps://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-26643-128.html Kamerstuk 26643, nr. 128, ID kst-26643-128
OrganisatieMinisterie van BZK, Tweede Kamer
Laag binnen vijflaagsmodel1
Status actualiteitActueel
Publicatiedatum2008/06/26

Relaties

VertrekpuntRelatieEindpunten

Afgeleide relaties

VertrekpuntRelatieEindpunt